Van Zoggel Bouwbedrijf

Nieuwbouw - Verbouw - Renovatie - Onderhoud - Traditionele eikenhouten constructies - Interieurbouw

Algemene Voorwaarden 
Van Zoggel Bouwbedrijf


Artikel 1: OFFERTE

1. Tenzij uitdrukkelijk en schriftelijk anders overeengekomen, zijn alle aanbiedingen, prijsopgaven, kostenbegrotingen e.d. van de aannemer voor hem vrijblijvend.
2. Toepasselijkheid van door de opdrachtgever gehanteerde algemene voorwaarden wordt uitdrukkelijk van de hand gewezen.
3. Tekeningen, technische omschrijvingen, ontwerpen en berekeningen, die door de aannemer of in zijn opdracht vervaardigd zijn, blijven eigendom van de aannemer. Zij mogen niet aan derden ter hand worden gesteld of getoond met het oogmerk een vergelijkbare offerte te verkrijgen. Zij mogen evenmin worden gekopieerd of anderszins vermenigvuldigd. Indien geen opdracht wordt verleend dienen deze bescheiden binnen 14 dagen na een daartoe door de aannemer gedaan verzoek franco aan hem te worden teruggezonden.
4. Wanneer de offerte niet wordt geaccepteerd, is de aannemer gerechtigd de kosten die gemoeid zijn met het tot stand brengen van de offerte aan degene op wiens verzoek hij de offerte uitbracht in rekening te brengen, indien hij zulks voor het uitbrengen van de offerte heeft bedongen.
5. De opdrachtgever verleent, voor zover nodig, bij deze medewerking en toestemming indien de aannemer de tot stand gekomen overeenkomst of rechten daaruit overdraagt aan een derde. Het is de opdrachtgever niet toegestaan zonder schriftelijke toestemming van de aannemer de tot stand gekomen overeenkomst of rechten daaruit over te dragen aan derden.

Artikel 2: RISICOREGELING

Onverminderd de toepasselijkheid van een risicoregeling voor de verrekening van wijzigingen van lonen en prijzen, blijven, ten aanzien van de opdrachtgever die bij het sluiten van de overeenkomst niet heeft gehandeld in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf, kostenverhogingen die zich voordoen binnen drie maanden na totstandkoming van de overeenkomst en het gevolg zijn van bedoelde wijzigingen van lonen en prijzen, voor rekening van de aannemer.

Artikel 3: VERPLICHTINGEN VAN DE OPDRACHTGEVER

1. De opdrachtgever zorgt ervoor dat de aannemer tijdig kan beschikken:
- over de voor de opzet van het werk benodigde gegevens en goedkeuringen (zoals vergunningen, ontheffingen en beschikkingen), zo nodig in overleg met de aannemer;
- over het gebouw, het terrein of het water waarin of waarop het werk moet worden uitgevoerd;
- over voldoende gelegenheid voor aanvoer, opslag en/of afvoer van bouwstoffen en hulpmiddelen;
- over aansluitingsmogelijkheden voor elektrische machines, verlichting, verwarming, gas, perslucht en water.
2. De benodigde elektriciteit, gas en water zijn voor rekening van de opdrachtgever.
3. De opdrachtgever dient ervoor te zorgen, dat door anderen uit te voeren werkzaam- heden en/of leveringen, die niet tot het werk van de aannemer behoren, zodanig en zo tijdig worden verricht, dat de uitvoering van het werk daarvan geen vertraging ondervindt.

ArtikeI 4: AANSPRAKELIJKHEID VAN DE OPDRACHTGEVER

1. De opdrachtgever draagt de verantwoordelijkheid voor de door of namens hem voorgeschreven constructies en werkwijzen, daaronder begrepen de invloed, die daarop door de bodemgesteldheid wordt uitgeoefend, alsmede voor de door of namens hem gegeven orders en aanwijzingen.
2. Indien bouwstoffen of hulpmiddelen, die de opdrachtgever ter beschikking heeft gesteld, dan wel door hem zijn voorgeschreven, gebreken mochten hebben, is de opdrachtgever aansprakelijk voor de daardoor veroorzaakte schade.
3. De gevolgen van de naleving van wettelijke voorschriften of beschikkingen van overheidswege die na de dag van de offerte in werking treden, komen voor rekening van de opdrachtgever, tenzij redelijkerwijs moet worden aangenomen dat de aannemer die gevolgen reeds op de dag van de offerte had kunnen voorzien.
4. De opdrachtgever is aansprakelijk voor schade aan het werk als gevolg van door hem of in zijn opdracht door derden uitgevoerde werkzaamheden of verrichte leveringen.
5. Indien na de totstandkoming van de overeenkomst blijkt dat het bouwterrein verontreinigd is of de uit het werk komende bouwstoffen verontreinigd zijn, is de opdrachtgever aansprakelijk voor de daaruit voor de uitvoering van het werk voortvloeiende gevolgen.
6. Voor de aangevoerde bouwstoffen draagt de opdrachtgever het risico van verlies en/of beschadiging vanaf het moment waarop zij op het werk zijn aangevoerd gedurende de tijd dat deze daar buiten de normale werktijden verblijven.

Artikel 5: AANSPRAKELIJKHEID VAN DE AANNEMER

1. De aannemer is jegens de wederpartij uitsluitend aansprakelijkheid in geval van schade veroorzaakt door opzet of grove schuld.
2. Iedere aansprakelijkheid van de aannemer is altijd beperkt tot het bedrag van de door enige verzekeraar van de aannemer in een onderhavig geval te verstrekken uitkering of indien de verzekeraar in enig geval geen dekking biedt of niet tot uitkering overgaat, en aannemer aansprakelijk is, is deze aansprakelijkheid altijd beperkt tot 50% van de contractswaarde, althans van dat gedeelte van de contractswaarde waarop de aansprakelijkheid betrekking heeft.
3. De aannemer is nimmer aansprakelijk voor indirecte schade, gevolg¬schade, bedrijfsschade, winstderving en schade voortvloeiend uit een aanspraak van derden jegens wederpartij daaronder begrepen.

Artikel 6: UITVOERINGSDUUR, UITSTEL VAN OPLEVERING

1. Alle voor door aannemer geldende termijnen of data gelden als bij benadering en dragen geen fataal karakter.
2. Indien de termijn, waarbinnen het werk bedoeld is te worden opgeleverd, is uitgedrukt in werkbare werkdagen, wordt onder werkdag verstaan een kalenderdag, tenzij deze valt op een algemeen of ter plaatse van het werk erkende, of door de overheid dan wel bij of krachtens collectieve arbeidsovereenkomst voorgeschreven rust- of feestdag, vakantiedag of andere niet individuele vrije dag. Werkdagen, respectievelijk halve werkdagen, worden als onwerkbaar beschouwd, wanneer daarop door niet voor rekening van de aannemer komende omstandigheden gedurende ten minste vijf uren, respectievelijk ten minste twee uren, door het grootste deel van de arbeiders of machines niet kan worden gewerkt.
2. Als de oplevering van het werk zou moeten geschieden op een dag die niet een werkdag is zoals omschreven in het vorige lid, geldt de eerstvolgende werkdag als de beoogde dag van oplevering.
3. De beoogde dag van oplevering, is niet aan de orde althans zal naar de toekomst worden verlegd, in geval van meerwerk.

Artikel 7: OPNEMING EN GOEDKEURING

1. Een redelijke termijn voor de dag waarop het werk naar de mening van de aannemer voltooid zal zijn, nodigt de aannemer de opdrachtgever schriftelijk uit om tot opneming van het werk over te gaan. De opneming geschiedt zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen acht dagen na de hiervoor bedoelde dag. De opneming vindt plaats door de opdrachtgever in aanwezigheid van de aannemer en strekt ertoe, te constateren of de aannemer aan zijn verplichtingen uit de overeenkomst heeft voldaan.
2. Nadat het werk is opgenomen, wordt door de opdrachtgever aan de aannemer binnen acht dagen schriftelijk medegedeeld, of het werk al dan niet is goedgekeurd, in het eerste geval met vermelding van de eventueel aanwezige kleine gebreken als bedoeld in het zesde lid, in het laatste geval met vermelding van de gebreken, die (uitputtend) de reden voor onthouding van de goedkeuring zijn. Wordt het werk goedgekeurd, dan wordt als dag van goedkeuring aangemerkt de dag waarop de desbetreffende mededeling aan de aannemer is verzonden.
3. Wordt niet binnen acht dagen na de opneming een schriftelijke mededeling of het werk al dan niet is goedgekeurd, aan de aannemer verzonden, dan wordt het werk geacht op de achtste dag na de opneming te zijn goedgekeurd.
4. Geschiedt de opneming niet binnen acht dagen na de in het eerste lid bedoelde dag, dan kan de aannemer bij aangetekende brief een nieuwe aanvrage tot de opdrachtgever richten, met verzoek het werk binnen acht dagen op te nemen. Voldoet de opdrachtgever niet aan dit verzoek, dan wordt het werk geacht op de achtste dag na de in het eerste lid bedoelde dag te zijn goedgekeurd. Voldoet de opdrachtgever wel aan dit verzoek, dan vinden het tweede en derde lid overeenkomstige toepassing.
5. Het werk wordt geacht te zijn goedgekeurd indien en voor zover het in gebruik wordt genomen en/of voor zover er ten aanzien van (onder)delen daarvan niet (tijdig) melding is gemaakt van gebreken. De dag van ingebruikneming van het werk of een gedeelte daarvan geldt als dag van goedkeuring van het werk of van het desbetreffende gedeelte.
6. Kleine gebreken, die gevoeglijk in de onderhoudstermijn kunnen worden hersteld, zullen geen reden tot onthouding van goedkeuring mogen zijn, mits zij een eventuele ingebruikneming niet in de weg staan.
7. Met betrekking tot een heropneming na onthouding van goedkeuring vinden de bovenvermelde bepalingen overeenkomstige toepassing.

Artikel 8: OPLEVERING EN ONDERHOUDSTERMIJN

1. Het werk wordt als opgeleverd beschouwd, indien het overeenkomstig artikel 8 is of geacht wordt te zijn goedgekeurd. De dag, waarop het werk is of geacht wordt te zijn goedgekeurd, geldt als dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd.
2. De aannemer is verplicht de in artikel 7, zesde lid, bedoelde kleine gebreken zo spoedig mogelijk te herstellen. De onderhoudstermijn beloopt 30 dagen en gaat in onmiddellijk na de dag waarop het werk overeenkomstig het eerste lid als opgeleverd wordt beschouwd. De aannemer is verplicht gebreken welke in de onderhoudstermijn aan de dag treden, zo spoedig mogelijk te herstellen, met uitzondering echter van die waarvoor de opdrachtgever op grond van artikel 4, eerste lid, verantwoordelijkheid draagt, of waarvoor hij op grond van artikel 4, tweede lid, aansprakelijk is.

Artikel 9: AANSPRAKELIJKHEID NA OPLEVERING

1. Na het verstrijken van de onderhoudstermijn is de aannemer niet meer aansprakelijk voor tekortkomingen aan het werk, behoudens indien het werk of enig onderdeel daarvan door schuld van de aannemer, zijn leverancier, zijn onderaannemer of zijn personeel een gebrek bevat dat door de opdrachtgever redelijkerwijs niet eerder onderkend had kunnen worden en de aannemer van dat gebrek binnen redelijke termijn na ontdekking mededeling is gedaan.
2. De rechtsvordering uit hoofde van het in het vorige lid bedoelde gebrek is niet ontvankelijk, indien zij wordt ingesteld na verloop van vijf jaren na het verstrijken van de onderhoudstermijn. Ingeval het in het eerste lid bedoelde gebrek echter als een ernstig gebrek moet worden aangemerkt, is de rechtsvordering niet ontvankelijk, indien zij wordt ingesteld na verloop van tien jaren na het verstrijken van de onderhoudstermijn. Een gebrek is slechts dan als een ernstig gebrek aan te merken indien het de hechtheid van het gebouw of van een essentieel onderdeel daarvan in gevaar brengt.

Artikel 10: BEËINDIGING VAN HET WERK IN ONVOLTOOIDE STAAT

1. De aannemer is bevoegd zijn verplichtingen op te schorten, de overeenkomst (deels) te ontbinden, oftewel het werk in de (on)voltooide staat waarin het zich bevindt, te beëindigen: indien de voortgang van het werk langer dan 1 week wordt vertraagd door omstandigheden waarvoor de opdrachtgever verantwoordelijk is; de opdrachtgever enige (betalings)verplichting uit hoofde van deze overeenkomst of deze voorwaarden niet stipt nakomt (zonder dat een nadere ingebrekestelling nodig is); tijdens de uitvoering van het werk naar het oordeel van de aannemer blijkt dat het werk of een onderdeel daarvan niet of slechts gewijzigd kan worden uitgevoerd, zonder dat met de opdrachtgever overeenstemming over de wijziging van de overeenkomst kan worden bereikt; indien de opdrachtgever geraakt in staat van faillisse-ment, surseance van betaling of ondercuratelestelling of stil¬legging of liquidatie van (het bedrijf van) de opdrachtgever; indien de opdrachtgever zijn bedrijf of delen daarvan aan derden overdraagt, een crediteurenregeling enta¬meert, zijn bankkrediet opgezegd ziet, de uitvoering van zijn betalings¬opdrachten wordt opgeschort door de bank, dan wel indien ten laste van de opdrachtgever beslag wordt gelegd; indien door de aannemer gevraagde zekerheid uitblijft, of ten laste van de opdrachtgever beslag wordt gelegd.
2. In geval van opschorting, ontbinding en beëindiging van het werk in (on)voltooide staat heeft de aannemer recht op betaling van de tot dan toe geleverde prestaties, ten aanzien waarvan de aannemer een eindafrekening mag opmaken en uitfactureren. Aanspraken van aannemer op hetgeen overigens ter zake van de overeenkomst verschuldigd is, blijven onaangetast.
3. In geval van ontbinding en beëindiging van het werk in (on)voltooide staat is de opdrachtgever jegens de aannemer schadeplichtig, waarbij de schade wordt gesteld op tenminste 50% van het nog niet uitgevoerde en/of gefactureerde deel van de aanneemsom/contractswaarde, onverminderd het recht van de aannemer meerdere werkelijke schade te verhalen.
4. Al hetgeen de aannemer te vorderen heeft op grond van deze overeenkomst, zal geheel en ineens opeisbaar zijn, bij beëindiging van het werk in onvoltooide staat.
5. De opdrachtgever is te allen tijde bevoegd de overeenkomst geheel of gedeeltelijk op te zeggen. De aannemer heeft in dat geval recht op de aannemingssom/contractswaarde, vermeerderd met de kosten die hij als gevolg van de niet voltooiing heeft moeten maken en verminderd met de hem door de beëindiging bespaarde kosten.

Artikel 11: MEERWERK

1. Uitgangspunt is dat al het daadwerkelijk uitgevoerde werk en de daadwerkelijke leveranties, die niet uitdrukkelijk en specifiek in de overeenkomst benoemd of inbegrepen zijn, betaald moeten worden als meerwerk. Het gemis van een schriftelijke opdracht laat de aanspraken van de aannemer onverlet.
2.Stelposten zijn in de overeenkomst genoemde bedragen, die in de aannemingssom zijn begrepen en die bestemd zijn voor hetzij – het aanschaffen van bouwstoffen, hetzij - het aanschaffen van bouwstoffen en het verwerken daarvan, hetzij- het verrichten van werkzaamheden, welke op de dag van de overeenkomst onvoldoende nauwkeurig zijn bepaald en welke door de opdrachtgever nader moeten worden ingevuld.
3.Bij de ten laste van stelposten te brengen uitgaven wordt gerekend met de aan de aannemer berekende prijzen respectievelijk de door hem gemaakte kosten, te verhogen met een aannemersvergoeding van 10%.

Artikel 12: BETALING IN TERMIJNEN

1. Indien betaling in termijnen is overeengekomen, zendt de aannemer telkens bij of na het verschijnen van een betalingstermijn de desbetreffende termijnfactuur aan de opdrachtgever toe. De door de opdrachtgever aan de aannemer verschuldigde omzet belasting wordt afzonderlijk vermeld.
2.De aannemer is bevoegd het bedrag van een termijn op de factuur te verhogen met een kredietbeperkingstoeslag van maximaal 2%. De toeslag wordt verschuldigd indien betaling plaatsvindt na de in het derde lid aangegeven vervaldag.
3.Betaling van een termijn dient plaats te vinden uiterlijk 14 dagen na de dag waarop de aannemer de termijnfactuur aan de opdrachtgever heeft toegezonden.

Artikel 13: IN GEBREKE BLIJVEN VAN DE OPDRACHTGEVER

1. Indien de opdrachtgever met de betaling van hetgeen hij aan de aannemer verschuldigd is in gebreke blijft, is hij daarmee met ingang van de vervaldag van rechtswege in verzuim. In dat geval komen alle gerechtelijke en buitengerechtelijke kosten (conform Rapport Voorwerk II) ter verkrijging van voldoening voor rekening van opdrachtgever, alsmede de wettelijke rente + 2% op jaarbasis of, bij zakelijke klanten, de wettelijke handelsrente + 2% op jaarbasis.
2. Alle door de aannemer geleverde zaken, blijven eigendom van de aannemer, totdat alle leveringen en daarbij behorende werkzaamheden door de opdrachtgever zijn voldaan.
3. Opdrachtgever verplicht zich op het eerste verzoek van de aannemer tot het stellen van zekerheid, of op het eerset verzoek van de aannemer tot voldoening middels inbetalinggeving (betaling in natura).

Artikel 14: GESCHILLEN

Alle geschillen - daaronder begrepen die, welke slechts door een der partijen als zodanig worden beschouwd - die naar aanleiding van deze overeenkomst of van de overeenkomsten die daarvan een uitvloeisel zijn, tussen opdrachtgever en aannemer mochten ontstaan, worden beslecht door de burgerlijke rechter, tenzij de aannemer kiest voor arbitrage overeenkomstig de regelen beschreven in de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland, zoals deze drie maanden voor het tot stand komen van de overeenkomst luiden.

Versie 6 maart 2013



Contactgegevens
Van Zoggel Bouwbedrijf
Kerkstraat 26A
5476 KC Vorstenbosch


T 06 53899928
E info@vanzoggelbouwbedrijf.nl